Vocabulary of the day
Stoel (Chair)
Tafel (Table)
Bank (Sofa)
Bank (Couch)
Bed (Bed)
Bureau (Desk)
Boekenplank (Bookshelf)
Kledingkast (Wardrobe)
Kast (Cabinet)
Ladekast (Dresser)
Kruk (Stool)
Bank (Bench)
Fauteuil (Armchair)
Voetenbank (Ottoman)
Relaxfauteuil (Recliner)
Nachtkastje (Nightstand)
Hoofdbord (Headboard)
Matras (Mattress)
Spiegel (Mirror)
Ladekast (Chest of drawers)
Bijzettafel (Side table)
Eettafel (Dining table)
Salontafel (Coffee table)
Schommelstoel (Rocking chair)
Boekenkast (Bookcase)
Lamp (Lamp)
Plank (Shelf)
Tv-meubel (TV stand)
Gordijnen (Curtains)
Vloerkleed (Rug)